Schrik niet als je halverwege het seizoen op een zaterdagmiddag een keertje naar de Cardinals zit te kijken en ze rondhuppelen in baby blauwe shirts met al even baby blauwe broeken. Nee, ze zijn niet vergeten hun pyjama uit te trekken, het zijn echte officiële uniformen.
De club uit St Louis vindt het leuk om terug te gaan in de tijd en de spelers dertien zaterdagen in een blauw pakje te laten honkballen net als de Cardinals in de jaren zeventig en tachtig deden. Maar pas op. Sommige honkballers kunnen flink chagrijnig worden als ze in een pak moeten spelen dat ze niet bevalt.
Vraag maar aan Chris Sale. Die wilde niet in het retro-uniform van de White Sox uit 1976 spelen. Het shirt was een soort grote tent, met malle flapjes als kraag. Eigenlijk hoorde er ook nog een raar kort broekje bij, maar die was dit keer iets langer. Sale wilde per se een ander pak. Mocht niet. Het was tenslotte een promotieactie en groots aangekondigd. Maar dat vond Sale een slecht argument. De pitcher wachtte daarom tot de kleedkamer leeg was, pakte een mes en sneed bruut alle pakken aan stukken. Zo. “Het ging er niet om dat we voor gek liepen. Dat had er helemaal niks mee te maken. Nul”, zei Sale. Belangrijkste reden: het zat gewoon niet lekker. “Ik wil dat een shirt mijn beweging niet in de weg zit. Ik voelde mij niet comfortabel genoeg om in die pakken te kunnen winnen. Dus het leek mij simpel: andere pakken.”
De leiding schorste Sale, maar dat kon hem weinig schelen. “Ergens moet je een grens trekken en dat heb ik gedaan. De zakelijke belangen bleken belangrijker dan winnen en toen werd het even zwart voor mijn ogen.”
Bij de Diamondbacks waren het juist de fans die kritisch waren op de nieuwe pakken. Eind 2016 presenteerde de club diepgrijze uit-uniforms met op de schouders rode en lichtblauwe ruitjes. Twitter ging los. ‘Deze pakken doen mij denken aan een uniform voor futuristische klusjesmannen die werken aan een kapotte vuilniswagen in de ruimte.’ Of: ‘Als de pakken opdrogen zien ze er vast beter uit.’ En nog eentje: ‘Het lijkt alsof ze pyjama’s dragen die door rioolwater zijn gehaald op weg naar de wedstrijd.’ Ook werden de pakken nog even vergeleken met de kleding van de Orksuit de film ‘Lord of the Rings’ en tenslotte werd beweerd dat als zeemeeuwen het hele uniform onder zouden schijten het er misschien beter uit zou zien.
Soms is het dragen van nieuwe pakken slechts een kwestie van wennen, zoals het groen op St. Patricksday. 17 Maart is de feestdag van Sint Patrick, een Ierse beschermheilige en in 1978 leek het de manager van de Reds een leuk idee om in groene pakken te spelen. Groen is tenslotte de kleur van Ierland. In het geheim hadden de Reds daarom groene shirts en petjes laten maken. In de ochtend werkten de Reds hun training af in hun normale uniformen, maar toen ze zich gingen omkleden voor de wedstrijd hing er ineens een groen setje. Alles dat normaal gesproken rood was, was nu groen. “Ja daag, dat ga ik niet dragen”, reageerde kortestop Davey Concepcion. “Ik ben een Venezolaan, geen Ier.”
Concepcion trok met frisse tegenzin uiteindelijk toch zijn pak aan. Net als de rest. Even later zag iedereen de humor er wel van in. Gezamenlijk marcheerden ze de kleedkamer uit. Het was een complete verrassing voor de fans en sommigen wisten geen woord uit te brengen toen ze de groene mannen het veld op zagen komen. Journalist Bob Hertzel van de Cincinnati Enquirerkon er ook om lachen en ‘ver-Ierste’ alle namen van de Reds door er een O’ voor te plakken. Zo speelden die middag O’Rose, O’Foster, O’Concepcion en O’Bench.
Het initiatief van de Reds werd een traditie. Ieder jaar op St. Patrick Day spelen de meeste teams nu met groene shirts en petjes.
Voor de Tweede Wereldoorlog was er nooit gezeur over de uniforms. Iedere thuisploeg speelde in wollen witte pakken en de bezoekers in het grijs. Aan de hand van de kleur sokken kon je onderscheid maken tussen de teams. De League-bazen wezen dan een kleur aan. Boston kreeg rood en Chicago wit. Later werd ook de teamnaam of een logo op het shirt genaaid. Die grijze pakken waren ook handig voor het wassen. Als een team een serie uitwedstrijden speelde was het lastig de boel iedere dag in een machine te gooien. Grijs was daarom praktischer, want vuil zie je dan minder goed.
In de jaren 60 en 70 kwamen de synthetische pakken en konden teams helemaal los met de kleuren voor hun uitpak. Naast de Cardinals droegen ook de Phillies, Braves, Expos, Royals, Twins en Rangers lichtblauw. De Indians speelden geheel in het rood en de tenues van de Pirates waren soms geel. De Padres gingen nog verder door strakke gele broeken te combineren met malle bruine shirts.
Je begrijpt inmiddels waarom Sale niet bij de Padres of Pirates speelt en een lang contract heeft getekend bij de Red Sox. Bij dat team is nooit gezeur over retropakken. Die spelen altijd in het wit of grijs en af en toe in een comfortabel zittend blauw of rood shirt. Dus in ieder geval geen pak om een mes in te zetten.
Gepubliceerd in Fastball Magazine nr. 3 april 2019
Tekst © honkbalopzolder
Foto: Keith Allison
(Chris Sale)