Op Openingday bij de Oakland Athletics zat MC Hammer tussen het publiek te kijken naar een potje honkbal. De ooit wereldberoemde rapper werd op de tribune al snel herkend en fans wilden met hem op de foto.
Op twitter verschenen selfies met Hammer en mensen vroegen zich af of hij geen mooiere zitplaatsen had kunnen krijgen. Een man die zo verbonden is met de club verdiend toch een beter plekje, vonden ze.
Daar zat wat in. In de jaren zeventig werkte de rapper bij de club. Hij heette toen overigens nog gewoon Stanley Burrell. Als 11-jarig jochie probeerde hij wat extra zakgeld te verdienen met dansjes. Bij iedere thuiswedstrijd van de Athletics zette hij op de parkeerplaats zijn beatbox op de grond en haalde met wat moves een paar dollars binnen.
Clubeigenaar Charlie Finley zag het ventje, was onder de indruk en gaf hem een baantje als batboy. Tussen die twee klikte het zo goed dat Stanley al snel een manusje-van-alles werd voor Finley. Als de grote baas aan de andere kant van Amerika was voor zaken, deed Stanley vanuit de skybox via de telefoon live verslag van de wedstrijd. Burrell kreeg zelfs een symbolische functie van vicepresident. Compleet met een petje met de letters VP.
Spelers vonden het eerst best grappig, maar later dachten ze dat hij alle roddels doorvertelde aan Finley. Ze noemden hem daarom ook wel Pipeline. Als Stanley de kleedkamers binnenliep riepen spelers voor de grap: ‘jongens mondje dicht daar heb je Pipeline!’
Gelukkig voor Stanley bleef Pipeline niet lang hangen en kreeg hij een veel betere bijnaam. Superster Reggie Jackson vond dat Burrell zo veel op homerunkoning ‘Hammer’ Hank Aaron leek dat hij hem Hammer ging noemen.
Stanley stopte in 1980 bij de club toen Finley de A’s verkocht. Hij probeerde zelf nog honkbalprof te worden en deed als tweede honkman een try-out voor de San Francisco Giants. Hij bleek niet goed genoeg, ging bij de marine, besloot daar dat hij artiest wilde worden en zette MC voor zijn bijnaam.
Al die tijd hield hij contact met Athletic-outfielders Dwayne Murphy en Mike Davis. Van hen kreeg hij een lening van 20.000 dollar om zijn platenlabel Bust It Productions uit de grond te stampen. Het schijnt dat Hammer Davis en zijn vrouw na een oefenwedstrijd had gevolgd, een tafel aan de kant schoof en een dansje deed om hem te overtuigen. Davis was onder de indruk en stopte hem een cheque in zijn handen.
Hij verkocht met zijn twee zelf geproduceerde albums genoeg voor een deal met het grote Capitol Records en maakte in 1990 ‘U can’t touch this.’ Het liedje bestond uit een gejat basloopje van Rick James zijn plaat Superfreak, wat raps en een hoop ge-oh-hoh-hoh. In de clip huppelde hij in een pofbroek rond en deed een gek heen-en-weer dansje, ook wel bekend als de Chinese Typewriter. Hammer werd er steenrijk mee en het is wereldwijd nog altijd de bestverkochte rapsingle. Hij jaste zijn kapitaal er overigens ook weer net zo hard doorheen en toen zijn muziek minder populair werd ging hij failliet.
De glans van Hammers roem is er inmiddels wel af. Het lijkt hem op die frisse aprildag in het honkbalstadion van de Athletics weinig te kunnen schelen. “Perfecte avond in Oakland”, twitterde MC later. En zo was het.
Gepubliceerd in Fastball Magazine nr. 04 (mei 2017)
Tekst © honkbalopzolder
Foto: Ken-Ichi
(Oakland Coliseum)