Als Dave Stewart ergens een hekel aan heeft dan is het wel het liedje ‘Lucille’ van Kenny Rogers. Zodra de voormalig pitcher de regels ‘You picked a fine time to leave me Lucille’ hoort, is hij ineens terug midden in de jaren tachtig. En die periode was op zijn zachtst gezegd niet zo fijn voor de huidige General Manager van de Diamondbacks.
Stewart had begin 1985 net een belabberd seizoen achter de rug bij de Rangers en reed op een avond in zijn auto door de straten van Los Angeles. Op een hoekje zag de pitcher een vrouw langzaam heen en weer struinen. Rustig reed hij naar haar toe, draaide het raampje open en overlegde vlug. Ze knikte, stapte in en met een slakkengangetje kachelde de wagen naar het dichtstbijzijnde donkere steegje.
Heel vervelend voor Stewart: de politie volgde de vrouw die nacht al een tijdje. Zij kenden de dame als Lucille, een prostituee, en probeerden haar te betrappen met een klant. Eindelijk hadden ze beet.
Stiekem reed de politie achter de nietsvermoedende Stewart aan en parkeerde de wagen onopvallend in de buurt. De agenten wachtten even een paar minuten, liepen daarna snel op de auto af, rukten het portier open en zagen Lucille, zoals het in het proces verbaal stond, ‘ontuchtige handelingen verrichtten’ bij Stewart.
De twee gingen in de boeien mee naar het bureau. Daar werd het nog gênanter voor de pitcher toen bleek dat de dame geen dame was, maar een travestiet. Ene Elson Tyler zat onder de vrouwenkleren verstopt. Stewart schrok zich een ongeluk. “Mister Stewart zei dat hij niet wist dat zij een man was. Daar kwam hij pas na zijn arrestatie achter”, zei een politieofficier. “Dat was zijn verklaring en we hebben reden hem te geloven.” Juist.
Vanaf dat moment was Stewart aan de beurt. Het dagblad The Sun schreef een stukje met de kop: Rangers-pitcher read wrong curves. (Met een klein beetje kennis van Engels begrijp je de woordspeling).
Dankzij de bijdehante organist van de White Sox bleef het incident extra lang aan Stewart kleven. Nancy Faust wachtte tot de Rangers in Chicago moesten honkballen en speelde vlak voordat Stewart het veld op liep heel pesterig ‘Lucille’ op haar orgel. Leuk idee, dachten de andere cluborganisten en voor Stewart het wist zat hij aan het liedje vast. “Misschien ben ik een beetje te ver gegaan”, bedacht Faust jaren later. “Ik was even in mijn eigen wereld.”
Voor Stewart bleek 1985 een absoluut dieptepunt, maar hij kwam ijzersterk terug. Hij vertrok bij de Rangers, leerde een slider gooien, vond zichzelf opnieuw uit en werd één van de beste pitchers in de league. Stewart won bij de Athletics vier seizoenen op rij twintig wedstrijden, speelde nog vier keer de World Series en won er twee. Allemaal prestaties die nooit meer vergeten zullen worden weet Stewart. Nooit meer. Net als dat stomme, stomme liedje van Kenny Rogers.
Gepubliceerd in Fastball Magazine Januari 2016 (nr. 19)
Tekst © honkbalopzolder
Foto: John Morgan
(Dave Stewart in 2009 bij een reünie van de Oakland Athletics)