Ergens op een klein boerderijtje in een afgelegen dorpje in Kansas vulde Charles Victor Faust in het voorjaar van 1911 zijn uren met dagdromen. Turend over de tarwevelden dwaalden zijn gedachten telkens af naar de Major League. In zijn fantasie zag hij zichzelf op de heuvel staan en zijn club naar de titel gooien. Een droom die hij deelde met honderdduizenden Amerikaanse jongetjes.
Alleen was Charlie geen jochie, maar een volwassen man van dertig jaar. Faust was zwakzinnig en een waarzegger had hem wijsgemaakt dat hij een vrouw zou vinden die Lulu heette, zou pitchen voor de New York Giants en de World Series zou winnen.
Faust had nooit goed gehonkbald, maar geloofde heilig in de profetie. Die zomer trok hij zijn beste pak aan, deed een stropdas om en kocht een treinticket naar St. Louis waar de Giants tegen de Cardinals speelden.
Aangekomen liep hij van het perron direct naar het veld. Hij stapte op coach John McGraw af, stelde zich netjes voor en vertelde precies waarom hij in St. Louis was. “Dat is interessant”, zei de bijgelovige McGraw. “Doe je hoed af en je jas uit. Hier heb je een handschoen.”
De boomlange Charlie liep naar de heuvel en met een idiote windmolen-beweging gooide hij een paar trage balletjes. McGraw dacht die is gek, besloot Faust in de maling te nemen en gaf hem een slagbeurt.
Charlie raakte de bal zacht en liep als een dolle langs de honken. Spelers van de Giants gooiden de bal expres verkeerd, terwijl Faust fanatiek een paar slidings maakte. Op de thuisplaat waren zijn kleren gescheurd en lag zijn huid open. Uit medelijden liet McGraw hem tijdens de wedstrijd in de dug-out zitten en de Giants wonnen met 9-0.
De volgende dag kwam Faust opnieuw opdagen. Hij kreeg het pak van de batboy en de Giants lieten hem rondhuppelen op het veld. Weer wonnen de New Yorkers en de dag daarna versloeg de club met Faust op de bank de Cardinals nog een keer.
McGraw vond het wel mooi geweest, stuurde Charlie met een smoesje naar het hotel en sprong stiekem met zijn team op de trein naar Chicago. Daar verloren de Giants drie wedstrijden van de Cubs. Eenmaal terug in New York stond Faust voor hun neus. Gretig en klaar om te pitchen. Die dag wonnen de Giants twee wedstrijden en wilden de spelers Faust definitief als mascotte in de dug-out.
In een echt uniform voelde hij zich een volwaardig speler van het team. Maar de Giants zagen dat uiteraard anders. Die lieten hem een beetje rondhangen, foutballetjes rapen en batting practice gooien. Faust deed dat zo fanatiek dat hij voortdurend onder de blauwe plekken en schrammen zat.
Langzaamaan werd hij zelf een ster. Met hem erbij wonnen de Giants 37 keer en verloren ze slechts twee potjes. Spelers haalden geintjes met hem uit, toeschouwers keken met plezier naar zijn gedraaf en ook journalisten schreven graag over Charlie ‘Victory’ Faust.
Hoewel hij altijd klaar was om te pitchen, mocht hij nooit het veld in en raakte hij gefrustreerd. Uiteindelijk gaf McGraw toe. De National League titel was toch al binnen en de coach liet hem daarom een paar innings gooien. De Boston Braves speelden het spelletje mee en gingen lachend uit. Ze gunden hem na de laatste nul zelfs een slagbeurt. Iedereen, behalve Faust had door dat de wedstrijd voorbij was en hij denderde als een kind zo blij langs de honken.
Tijdens de World Series tegen de Philadelphia Athletics was Faust zijn geluk op. De Giants verloren en kranten dachten dat Charlie Victory was ‘out-jinxed’ door Louis van Zelst, de beroemde mascotte van de Athletics. Van Zelst had dwerggroei en een bochel, waar spelers overheen wreven uit bijgeloof.
Charlie verbleef de winter in Kansas, kwam in 1912 weer opdagen voor Spring Training en de Giants beleefden een super competitiestart. McGraw werd intussen gek van het gezeur van Faust en besloot hem uiteindelijk weg te sturen. Hij vertrok en het team ging direct minder presteren. Met veel moeite wonnen ze de National League, maar opnieuw verloren ze de World Series.
Charlie smeekte om een terugkeer, maar hoorde niets meer van de Giants. In 1914 raakte hij zo in de war dat hij werd opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis en kwam daar nooit meer uit.
Hoewel hij zijn profetie niet vervulde, speelde Faust wel mooi twee officiële innings in de Majors en hielp hij zijn team twee keer aan een titel. Of hij zijn Lulu heeft gevonden is overigens niet bekend.
Op 18 juni 1915 stierf Faust aan tuberculose. De Giants verloren die dag met 7-5 van de Pirates. Het seizoen verliep verder dramatisch en de club eindigde in 1915 als achtste en laatste in de League.
Gepubliceerd in Fastball Magazine December 2014 (nr. 10)
Tekst © honkbalopzolder
Foto: Onbekend
(Philadelphia Athletics in 1911 tijdens World Series, rechts Louis van Zelst)